De ambtelijke molens draaien langzaam, zeker als het gaat om wetswijzigingen. De nieuwe wet seksuele misdrijven is daar een voorbeeld van. De wet vervangt de oude, getiteld ‘Misdrijven tegen de zeden’.
Schieten we er iets mee op?
Een nieuwe wet is op zich mooi natuurlijk. Met name online seksuele intimidatie krijgt zo een formele wettelijke grond voor vervolging. Ook worden de strafmaxima voor seksuele misdrijven tegen kinderen verhoogd. Geen slechte zaak wat mij betreft, want de oude wet schoot hierin te kort.
Hogere strafmaxima als afschrikwekkend gegeven
In de consultatierondes gaat de wetgever er van uit dat de hogere strafmaxima zullen zorgen dat mensen zich twee keer zullen bedenken voordat zij een zedenmisdrijf begaan. Ik waag dit te betwijfelen. Ten eerste omdat de afschrikwekkende werking van hoge straffen nog nooit is aangetoond. Maar ook omdat rechters als het gaat om seksueel kindermisbruik doorgaans de laagste strafmaat hanteren.
De verandering van woorden
Een misdrijf tegen de zeden heet dus voortaan een seksueel misdrijf. Dat lijkt wellicht een verandering ten goede, maar ik vraag me af hoe dat in de praktijk zal uitpakken. Want met het aanpassen van de woorden zijn we er natuurlijk niet. Om echt verandering te brengen in de rechtsgang rondom zedenmisdrijven zoals seksueel misbruik, tegenwoordig seksuele misdrijven genoemd, zal er een kentering moeten komen in de toepassing van het recht, niet alleen de letter van de wet.
De letter en de geest
Praktijkvoorbeelden genoeg over hoe de letter van de wet gevolgd is, maar de geest van de wet niet. In een eerdere wetswijziging kwam er een minimumstraf voor kindermisbruikers die ‘klant’ waren van ‘kinderprostitutie’. (Kinderprostitutie bestaat niet, het betreft georganiseerd seksueel misbruik en exploiteren van kinderen). In de zaak ‘Valkenburg‘ werd op grote schaal een minimale straf opgelegd. Maatschappelijk gezien was het verhaal in de media: ‘Arme daders, ze werden thuis door de politie opgehaald, wat moeten de buren denken’. Een jeugdzorgwerker!!! die het meisje misbruikte werd geen beroepsverbod opgelegd. We hebben nog een lange weg te gaan voordat de geest van de wet ook daadwerkelijk toegepast gaat worden.
Heldere wetten, heldere boodschap
‘Het zou beter zijn om een molensteen om je nek te binden en in de zee te springen, dan dat je je aan een kind vergrijpt’.
Dit is wat de bijbelse wet zegt over kindermisbruik. Daar is geen internetconsultatie over geweest, daar heeft niet een commissie zich jarenlang over gebogen. Het zegt wat er gezegd moet worden. Het verliest zich niet in geneuzel over ‘is het een zedenmisdrijf of een seksueel misdrijf’ maar zegt waar het op staat.