Ik raak de controle kwijt
In de war en uitgeput lig ik op de bank. Mijn lijf wil niet meer en mijn ogen willen niet open. Slapen lukt niet. Steeds als ik wegzak, is er wel iets waardoor ik mezelf wakker houd, een kriebelhoest, een gedachte of even naar de wc. Er is iets in mijn lijf dat alert wil blijven, dat me wakker houdt. Ik heb dit niet eerder zo duidelijk gevoeld. Alleen bij de therapie, als we lichaamswerk doen, voel ik die alertheid, die spanning in mijn lijf.
Uitgeput
Ik voel dit en denk: “Geen wonder dat ik uitgeput ben”. Al heel mijn leven houd ik mezelf en mijn omgeving stevig onder controle. Mijn hele jeugd heb ik dat nodig om te overleven met alle problemen in het gezin, het zorgen voor de anderen en de incest. Die controle is een deel van mij geworden: “zo ben ik”. Heel, heel langzaam bouw ik die controle af. Mijn man is van de “flexibele planning” en daardoor leer ik flexibeler omgaan met veranderingen, met mijn planning. Hij vindt dat ik er maar mee om moet leren gaan dat omstandigheden kunnen veranderen en daardoor zijn of onze plannen ook. Ik vind dat heel moeilijk want planning geeft mij controle. Hij weigert zich daarin aan te passen aan mijn controlebehoefte. Therapie en trainingen helpen me daarbij ook. Ik leer dat ik niet overal invloed op kan hebben en dat ik sommige dingen moet laten zijn. Maar nu, liggend op de bank, voel ik duidelijk dat het maar een deel van mijn controlemechanisme is, dat ik heb losgelaten.
Mijn lichaam laat zich niet sturen
Tijdens het lichaamswerk, dat onderdeel is van mijn therapie, is steeds de spanning in mijn lichaam enorm voelbaar. De controle die mijn lichaam wil houden over alles wat er gebeurt, is voelbaar. Ik ben niet in staat mijn hoofd te laten rusten in de handen van mijn therapeute. Mijn nek, schouders, willen mee helpen en willen zelf mijn hoofd omhoog houden, dragen. Eerst voelde ik niet eens dat ik het deed. Nu ben ik me er bewuster van. Mijn lichaam laat zich niet sturen door mijn hoofd. Als ik tegen mezelf zeg: “ontspan je maar”, verandert de spanning in mijn lichaam niet. Deze keer heeft mijn lichaam de leiding.
Hoofdpijn, verkoudheid en uitputting
Drie dagen lig ik op de bank en doe ik niets. Flink verkouden en met veel hoofdpijn. Ik voel dat mijn hoofdpijn komt van die controle, van het harde werken om “mijn schouders eronder te zetten”. Het feit dat ik zo moe ben en toch mezelf niet toe sta om in slaap te vallen, confronteert me heel erg met mijn controlemechanisme. Objectief gezien, is er niets waarom ik wakker moet blijven. Ik ben thuis en ik ben veilig. Mijn lichaam denkt daar anders over. Ik praat met mijn lichaam, met mezelf. “Je bent veilig, je hoeft niets te doen, alles is goed.” Steeds opnieuw blijf ik het herhalen, maar het lijkt alsof ik het tegen dovemansoren heb. Alleen met bedtijd, in mijn bed, val ik uiteindelijk in een onrustige slaap.
Controle werkt niet meer
Ik voel mijn controlemechanisme heviger dan ooit te voren. Tegelijkertijd voel ik dat het niet meer werkt. Ik merk in allerlei levenssituaties dat mijn oude manier om ermee om te gaan niet meer werkt. Ik reageer anders – directer – dan ik gewend ben van mezelf en daar schrik ik zelf van. Sommige mensen in mijn omgeving schrikken daar ook van en dit heeft in korte tijd geleid tot een breuk met enkele mensen. Mijn “oude” Mariël wil terug naar hoe het was, want daar was het veilig. “Hou je mond maar, je kunt beter niet opvallen want dan gaat het mis, dan doet een ander je pijn”. Mijn volwassen ik, is trots en wil juist verder. Zij weet dat ze niet terug kan en dat het niet goed is om terug te gaan.
De oude ik versus de nieuwe ik
Maar o, wat is die “oude” Mariël sterk. Ze haalt alle argumenten uit de kast en zaait verwarring. Ik begrijp haar zeker. Ze sleept me soms zo mee. Het is moeilijk om overeind te blijven. Het kost me een berg energie. Ik wil mijn controle kwijt. Ik zoek wanhopig naar houvast. Het zal nog wel een tijdje duren voordat de oude en de nieuwe ik samen verder kunnen.
Ik herken me zelf hierin. Ik heb burn out en ik zie ook dat het bij jou gebeurd. Ik was misselijk, moe en duizelig. Fietsen naar me werk toe gaat niet meer want dan val ik, met de gevolgen van dien. Ik ben in me leven genoeg seksueel misbruikt en op zoek naar me vermogen om me lichaam goed in tact te houden, te verzorgen en te koesteren. Ik ben nooit echt trots op me lichaam, had het altijd vies gevonden. Ik voelde me gewoon als een lustobject beschouwd. Toen ik zwanger was, kon ik niet echt blij zijn. Maar toen ik kinderen kreeg wel een beetje. Me moeder had postnatale depressie gehad en scheen erfelijk te zijn en kreeg het bij me jongste zoon. Mijn ex ging tegen mij wil in op me liggen, terwijl ik lag te slapen. Hij bleek seksverslaafd en ging porno kijken, dwong me mee te kijken. Hij deed echt sarcastisch en zei tegen me: Je bent er toch niet vies van? Kijk naar die lichaam van die prachtige vrouwen. Die van jou is verder niks, je bent te dik, je stinkt enz. Mijn ex wist drommels goed dat ik als kind seksueel misbruikt was. Hij vond mij een zondares en een afgelikte boterham. Nou dan maar dat. Ik ben nog liever afgelikt en ervaren dan groen en naïef.. Van de psychiater kreeg ik te horen dat ik Borderline had. Dat was vroeger op me 17 de jaar anders gezegd door me vader die dit van de dokter kreeg. Hij beweerde dat ik hysterisch ben. En dat ik naar de vrouwen tuchtschool moet om opgevoed te worden. Katholieke vrouw om eventueel manieren te leren, geleefd worden en geen vrijheid voelen. Ik was weg gelopen van huis, niemand geloofde me want me vader was degene die dacht dat hij het beste met me voor had. Me tantes, wilden geen kwaad woord horen over me vader. En me moeder was van me weggelopen, voor me vader en die zie ik ook nooit meer. Maar toen me kinderen geboren waren kwam zij ook nooit opdagen. Ik had wisselende partners gehad waar ik niet trots op ben, want al die partners willen graag met me naar bed, om hun lust kwijt te raken. Ik voelde me weerloos en bang. Ik ging op assertiviteitscursus om voor me zelf op te komen. Ik ging scheiden van me ex en de kinderen werden toegewezen naar mijn ex. Volgens de streng gereformeerde geloof was ik zondares en de hoer en had ik straf verdiend. Ik werd gewoon veroordeeld, zelfs door me gemeente toentertijd. Maar de echte vriendinnen en vrienden die over bleven hadden over mij ontfermd. Bij hun kon ik uithuilen en praten en werd voor me gebeden. Ik ben onder behandeling bij sta op zorg wegens de automutilatie die ik bij me zelf deed, zoals me open krassen met een scherp sleutel of een mes en me zelf hard bijten in me handen, omdat ik me zelf minderwaardig voelt. Ik had zelfs overdosis medicijnen geslikt omdat mij leven een hel was. Ik verdiende toch de hel, volgens de anderen die me leven verpesten. Op me werk werd ik ook gepest. Ik had ook Wajong uitkering omdat ik op speciale onderwijs heb gezeten. Maar binnenkort heb ik een uitslag van me IQ test. Ik kan lezen en schrijven, maar rekenen wat minderen. Ik werk in de wasserij en ben nog in de ziektewet. Mijn huidige partner is aan de drank verslaafd en beweerde geen alcoholist te zijn. Maar de ruzie begon meeste keren zodra hij wat op heeft en niet te genieten is. Maar of hij kon dronken en lief zijn en wil hij seks met me. Me lijf schreeuwde om honger maar me verstand zei dat ik het niet moest toegeven anders dan kan God me niet aannemen. Tenminste, je lichaam die levenslang alleen maar een soort aantrekkingskracht heeft op bloedlustige mannen. Mijn partner houd veel van me en probeer me gelukkig te maken. Soms heb ik het gevoel dat het voor mij niet eens weg is gelegd. Hij kan me weleens vernederen door te zeggen dat ik geknipt ben voor de porno of een sletje noemen. Pijpen, zeg hij dan. Ja, andere mannen die ik gehad heb, daar lusten honden toch geen brood van? Waarom moet ik zo verder leven als ik geen controle heb over me lichaam die alleen maar schreeuwt om seks? Ik kreeg al de stempel van me partner dat ik een nymfomane ben. Ja, natuurlijk, want er kan op me gereden worden, en gelikt worden etc. Ik ben immers een stuk vuil. Ik vind het lekker en voel me kut tegelijk omdat ik in feiten een normale leven wil lijden. Maar na de daden voel ik schaamte. En ook alsof het op je voorhoofd te lezen is, dat iedereen aan je kan zien wat ik heb uitgespookt. Er keek niemand naar me om, op me werk, Lig ik met een stevige migraine op bed, dan stel ik me aan, volgens de irritante vrouwen op me afdeling. In de pauze wezen de mannen naar me toe en hoorde ik hun zeggen: Kijk, dat is een lekker ding! Ik heb er verdriet van dat dit geen leuke compliment is maar om een seksuele intimidatie ging. Er waren mannen bij die nog respect tonen naar me en me helpen met bepaalde dingen. En zo nu en dan heb ik wisselende stemmingen. Ik slik medicijnen tegen depressies, psychoses en ook wisselende stemmingen wat met de artsenterm stemmingsstoornissen werd genoemd. Als ik niet serieus genomen word ben ik gefrustreerd dat ik me zelf pijn doe. Ik heb ook weinig contact met me familie. Het ergste is hiervan dat ik recht door zee ben en dat ik slecht tegen onrecht kan. Maar ja, wie zegt dat ik zielig ben? Ik wil geen medelijden, maar gerechtigheid en geluk in me leven hebben. Ik heb er meer dan genoeg van dat er zat zijn die op me neer kijken.
Tjonge, wat een weg heb je al bewandeld. Dank je voor je reactie. Ik hoop dat je de hulp vindt die je nodig hebt en die bij je past. En dat je lieve mensen hebt die je steunen. Je bent het waard!
Wat mooi onder woorden gebracht Mariël. Hoe pijnlijk en confronterend ook, prachtig om door lichaamsgerichte therapie ontdekkingen te doen die verder de weg wijzen. Moedig!
Veel controle verlies gewenst! Désirée Dijk
Dank je Désirée, voor je compliment en bemoedigende woorden.
Mariël