De vraag van Hilde
Hilde stuurde mij, naar aanleiding van de vraag van Suzanne, de volgende vraag:
‘Hoe verwerk je wat er gebeurt is, als je de dader dagelijks ziet, hij je op lijkt te zoeken, als hij jaren later nog zoveel gevoelens van schaamte/hulpeloosheid losmaakt?’
Een actuele vraag, omdat naar aanleiding van het geharrewar over de woonplaats voor Benno L. en Sytse van der V. een voorstel ligt om steden te verplichten daders zich in hun originele woonplaats te laten vestigen. Men zit met de daders omhoog, zeker met de daders die zich in geen enkel opzicht berouwvol tonen.
Wat moet er gebeuren met de daders?
De vestigingsplek van bekende daders is vaak een probleem, vooral als het gaat om zaken die veel publiciteit hebben gehaald. De protesten hebben voor mij altijd een nare bijsmaak. Het lijkt, door al die publiciteit, veel meer op een bliksemafleider. Als we nu maar stevig protesteren tegen deze pedoseksueel, dan hoeven we niet meer bang te zijn. We hebben immers een zondebok gevonden. Maar de meeste kinderen worden gewoon thuis misbruikt. De meeste daders komen niet voor de rechter en al helemaal niet in het nieuws. Je kunt bij de rechtbank bijna elke dag een incestzaak volgen, maar het nieuws haalt het niet.
Hoe kun je helen als je de dader nog dagelijks ziet?
Ik zal niet zeggen dat het eenvoudig is. Helen is onder de beste omstandigheden een zaak van lange adem, van stoppen en starten, van de juiste hulp zoeken terwijl die moeilijk te vinden is. En je misbruiker dagelijks zien is zeker geen ‘goede omstandigheid’. Toch denk ik dat het wél kan. Het proces van helen heeft namelijk niet zo veel met de dader te maken. Helen gaat over contact maken met je eigen innerlijke kracht.
De schaamte en het schuldgevoel
Wat opvalt in het verhaal van Hilde is dat de dader nog steeds grip op haar heeft. De hulpeloosheid en schaamte kloppen niet, maar hij is nog steeds in staat om deze gevoelens op te roepen. Als volwassene is Hilde waarschijnlijk in haar hoofd best in staat om in te zien dat ze niets gedaan heeft waarvoor zij zich zou moeten schamen. Dat is een eerste stap in het helingsproces. Inzien dat je slachtoffer bent geworden van seksueel misbruik. Pas als je dat kunt erkennen kun je verder.
Hoe kun je met de schaamte en het schuldgevoel werken?
Ik heb een poosje (vrouwen-)karate en zelfverdediging gedaan. Eén verhaal is me bijgebleven uit die tijd. We hadden het over aanranding in de trein. Een van de dames was in de trein betast en schaamde zich daar vreselijk over. Met zijn allen hebben we nieuwe manieren bedacht om daar mee om te gaan. Mijn favoriete oplossing: Je grijpt gewoon die hand, trekt hem te voorschijn en zegt tegen de hele trein: ‘Moet je nou eens kijken wat ik onuitgenodigd in mijn kruis vind’. Ik zeg niet dat ik het zou durven als het mij zou overkomen, maar ik vond het geniaal, omdat het in elk geval de schaamte doorbreekt en onmiddellijk de schuld legt bij de agressor.
De schaamte voorbij
Eigenlijk is het raar dat we ons druk maken over wat anderen van ons zouden denken als ze zouden weten dat wij het slachtoffer zijn geweest van seksueel misbruik. Als je fiets gejat wordt, schaam je je toch ook niet? Zelfs niet als je hem niet op slot had staan, van je fiets moeten ze gewoon afblijven! Hetzelfde geldt voor je lijf, ook daar moeten ze gewoon afblijven.
De hulpeloosheid te lijf
Wat helpt tegen een gevoel van hulpeloosheid? In sommige situaties kun je niets, maar dan ook niets doen. Wanneer je als kind slachtoffer bent van seksueel misbruik is er beroerd weinig wat je kunt doen. Maar dat geldt niet voor jou als volwassene. Als je nu iemand tegen komt die je in het verleden kwaad heeft gedaan, dan kun je daar iets van zeggen. Aangifte doen is niet in alle gevallen mogelijk en helaas leven we in een wereld waarin de meeste pedoseksuelen ongestraft blijven. Maar jij weet wat hij heeft gedaan. Je kunt hem laten weten dat jij het niet vergeten bent en dat je hem geen ruimte geeft om zich nog eens aan je op te dringen.
Een plan maken
Rekening houdend met de wet kun je het beste een plan maken. Niet zozeer voor vergelding, maar tegen de hulpeloosheid. Bedenk zelf of met een paar vertrouwde vrienden manieren waarop je kunt laten blijken dat jij niet langer zijn slachtoffer bent. Meestal betekent dat het tegenovergestelde doen van wat je geneigd bent te doen:
- Steek je meestal de straat over om een directe confrontatie te vermijden? Blijf op dezelfde stoep en kijk hem recht in zijn gezicht aan.
- Luister je meestal naar zijn eindeloze verhalen? Zeg hem dat je geen tijd hebt voor zijn gezeur.
- Insinueert hij dingen met dubbelzinnigheden? Confronteer hem ermee en zeg hem dat je niet van zijn dubbelzinnigheden gediend bent.
Hoe gedraag jij je tegenover de persoon die jou misbruikt heeft? En hoe zou je willen reageren? Fantaseer daar over en maak een plan. Het maakt niet eens uit of je het uit durft te voeren. Verzin woordelijk wat je zou zeggen, schrijf het zelfs eens op. Maak ook een ongekuisde versie waarin je creatief met scheldwoorden omgaat.
De enige macht die hij over je heeft is gebaseerd op jouw onmacht
De macht die hij nog over je lijkt te hebben, heeft geen enkele basis. Hij bouwt voort op een programma dat hij in je jeugd in jou heeft geïnstalleerd, maar inmiddels ben jij de baas in je eigen leven en kun je dat programma uitzetten, herprogrammeren of deleten. Dat vraagt inzet en moeite, want het is zo’n programma dat automatisch start. Maar een goede virusscanner (therapeut) kan helpen. Het is een gewoonte om je hulpeloos of machteloos te voelen in zijn omgeving. Waarschijnlijk vertoon je in andere sociale situaties, waar hij niet rondloopt heel ander gedrag. Het nieuwe gedrag dat je wilt, ken je dus al: Je hoeft alleen maar de automatische respons op zijn aanwezigheid uit te schakelen.
In je kracht gaan staan
In je kracht staan kun je leren. Er bestaan hele concrete praktische oefeningen voor die je aan kunt leren, fysiek maar ook mentaal. Goed, stevig staan bijvoorbeeld. Diep ademhalen. Een tijd dat je in je kracht stond goed voor de geest halen en die koppelen aan een gebaar, zodat je er altijd snel bij kunt. Wanneer je deze of andere trucjes leert toepassen en oefent, kun je het steeds vaker ook in moeilijke situaties, bijvoorbeeld in het bijzijn van de misbruiker, toepassen. In je kracht staan is iets anders als spierkracht en het is zelfs ook anders als wilskracht. Het is de kracht van je gevoel.
Een metafoor
Een vriend van mij, Thomas Crum, gebruikt in zijn boeken de metafoor van de brandweerslang. Een brandweerslang zonder water erin is slap (Als je getriggerd raakt, loopt het water uit je slang). Een brandweerslang die vol met water en hoge vorst buiten heeft gelegen is niet buigzaam, maar hard. Het zal wat moeite kosten, maar zo dik is een brandslang nou ook weer niet, dus als je hard genoeg probeert zal ook een bevroren brandslang breken of buigen (spierkracht en wilskracht zijn als bevroren water, best sterk, maar uiteindelijk breken ze). Maar een brandslang waar water doorheen stroomt, die kun je niet knikken. De kracht van je gevoel is groter dan willekeurig wat iemand op je af kan vuren. Wanneer jij voelt dat jij geen schuld had. Wanneer jij voelt dat jij je nergens voor hoeft te schamen. Wanneer jij de verantwoordelijkheid voor wat er gebeurd is, toen jij misbruikt werd, terug weet te leggen bij de dader, dán is jouw gevoelskracht zo krachtig als een brandweerslang waar onder hoge druk water doorheen spuit.
Wat kun je hier mee?
In het begin gaf ik al aan dat helen iets is dat onafhankelijk van de dader wordt gedaan. Wat helen doet is jou sterker maken. Niet met de kracht van de bevroren brandslang, niet met de kaakkramp gevende wilskracht die we soms met innerlijke kracht verwarren, maar met de kracht van je gevoel. En dát kun je leren.
Helen en dan confronteren?
Sommige therapievormen werken met dader-confrontaties. Zelf heb ik daar nooit voor gekozen. Eerst omdat ik te bang was dat hij, omdat hij me zo goed kende, me in de war zou kunnen maken. Later omdat hij simpelweg niet zó belangrijk voor me is, dat ik hem nog iets zou willen zeggen. Of je de dader ooit confronteert, is minder belangrijk dan leren om, op elk gewenst moment, in je eigen kracht te komen. Want als je dat kunt, dan brengt een ontmoeting met de dader je niet meer van je stuk.
Wil jij leren om in je eigen kracht te komen?
In mijn coachingspraktijk help ik mensen om het verleden een plekje te geven en om de toekomst op eigen kracht vorm te geven. Mijn bedrijf heet niet voor niets: ‘… op eigen kracht’. Voor meer informatie kun je terecht op ivonnemeeuwsen.nl