10 redenen om over seksueel misbruik te praten met je kind

Praten ouders te weinig met kinderen over seksueel misbruik?

Ouders denken dat het onderwerp taboe is, willen een kind er niet mee belasten of denken dat het moeilijk is om met kinderen over seksueel misbruik te praten. Ze zijn soms bang dat ze expliciete dingen over seks moeten gaan vertellen.

Geruststellende boodschap: het is niet moeilijk

Praten over seksueel misbruik is niet moeilijk. De boodschap aan een kind is: ‘Jouw lichaam is van jou’. Het is belangrijk hen duidelijk te maken dat ze het recht hebben om zelf te bepalen wat ze wel en niet toestaan. Daarnaast is het van belang dat jij weet hoe een misbruiker een kind inpalmt, zodat je een kind kunt waarschuwen voor iemand die ‘een geheimpje’ met hen deelt.

Top 10 redenen om wél over seksueel misbruik te praten met je kind

Een lijstje met motiverende gegevens om dat preventieve praatje toch aan te gaan en vaak terug te laten komen. Je waarschuwt je kind toch ook dat ze niet zonder te kijken de straat over moeten steken? Waarom praten over seksueel misbruik zo belangrijk is.

  1. Seksueel misbruik komt heel veel voor! Maar liefst 1 op de 4 meisjes en 1 op de 6 jongetjes wordt het slachtoffer van seksueel misbruik voordat ze 16 zijn.
  2. Het gebeurt ook bij jou in de buurt. Seksueel misbruik komt even veel voor in alle milieu’s. Het maakt niet uit of je arm of rijk, protestants of katholiek, blank of donker bent: het komt overal voor.
  3. Het zijn bijna nooit vreemden die het doen. Maar liefst 93% van het seksueel misbruik wordt gepleegd door een bekende dader. Vaak familie.
  4. Je kind is er oud genoeg voor. Er is geen leeftijdsgrens voor seksueel misbruik: zelfs baby’s kunnen slachtoffer worden. Kinderen kunnen al vanaf heel jong (richtlijn 3 jaar oud) leren welke delen van hun lichaam privé zijn en niet aangeraakt mogen worden.
  5. Je hoeft je kind niet bang te maken. Als je je kind wijst op de gevaren bij het oversteken wordt een kind ook niet bang om de straat op te gaan. Het leert alleen wel, dat het niet zomaar de straat op rent.
  6. Als er wat gebeurt, kom je het anders niet te weten. Seksueel misbruik wordt doorgaans niet ontdekt, er zijn vaak geen fysieke klachten. De emotionele en gedragsveranderingen kunnen ook door andere omstandigheden veroorzaakt worden, waardoor men vaak niet aan seksueel misbruik denkt.
  7. Je kind zal het je doorgaans niet vertellen. De meeste kinderen vertellen het niet. De misbruiker instrueert het kind om het niet te vertellen en maakt het kind wijs dat het zijn of haar eigen schuld is, dat mensen boos zullen worden of verdrietig, dat ze hem of haar niet zullen geloven. Wees de dader voor!
  8. Niet alleen volwassenen zijn dader. Kinderen worden ook door andere kinderen misbruikt. Laat kinderen weten wat wel en niet kan qua aanraking, ook in contact met andere kinderen. Voorkom dat je kind slachtoffer wordt… of dader…
  9. Je brengt je kind niet op ideeën. Er zijn geen aanwijzingen om te denken dat kinderen die voorgelicht zijn over misbruikpreventie eerder iets daaromtrent verzinnen.
  10. Het kan jouw kind overkomen. De statistieken spreken voor zich: seksueel kindermisbruik komt dusdanig vaak voor, dat het ieder kind kan overkomen. De ouders van misbruikte kinderen hebben ooit gedacht dat het hun kind niet kon overkomen.

 Oké, je bent overtuigd: hoe kan je over seksueel misbruik praten?

Wanneer je door deze lijst overtuigd bent van het nut van zo’n praatje, luister dan goed. Het gaat er niet om dat je éénmalig een praatje houdt in de trend van seksuele voorlichting. Het gaat er om dat je een kind structureel leert dat het de baas is over zijn of haar lichaam. Dat het kind het vanzelfsprekende recht heeft om nee te zeggen tegen een knuffel, tegen anderen, als het hun eigen lijf betreft.

Drie boodschappen die je kind in elk geval moet krijgen over seksueel misbruik:

  1. De lichaamsdelen die normaal onder je badpak zitten zijn privé. Daar mag niemand aankomen en jij ook niet bij die van iemand anders.
  2. Geheimen zijn niet oké. Bij twijfel of verwarring praat je met een volwassene die je vertrouwt: de juf, papa of mama, de buurvrouw: wie jij maar vertrouwt, desnoods de burgemeester.
  3. Je mag er altijd over praten. Ook als je denkt dat je het fout hebt gedaan. Je kunt een ‘fout beter toegeven, dan kan je er samen met die volwassene naar kijken en dan kan de volwassene je helpen.

Wat valt op bij deze regels?

We hebben het niet eens over seks. We hebben het over de regie van het eigen lichaam. Dit rijtje is zeker niet dekkend, maar bij jonge kinderen een goede eerste stap. Tegen de pubertijd zijn kinderen/pubers zelf vaak seksueel onderzoekend. Ook dan is het belangrijk om over seksueel misbruik te blijven praten. Want maar al te vaak denkt een puber dat hij of zij zelf begonnen is en dus schuldig. Dat kan het moeilijk maken om er hulp bij te vragen. De misbruiker helpt hem of haar daar ook nog bij: je wilde het zelf. De maatschappij stuurt daarin ook vaak de verkeerde boodschap: ‘Waarom had je dan zulke sexy kleding aan?’

Ook met pubers praten over seksueel misbruik

Zeker ook in de pubertijd is het van belang dat je die drie boodschappen blijft sturen. Bij de eerste regel komt daar het gesprek bij over vrijwilligheid, over beinvloeding en over hoe je moet omgaan met sociale druk of grensoverschrijdend gedrag van anderen. Hoe je ervoor zorg draagt dat je zelf niet over de grens van een ander gaat. Dat je dus ook praat over toestemming, samen beslissen en terughoudendheid als één van beiden twijfelt. Wanneer je in de kindertijd de basis hebt gelegd voor een gezond stuk zelfregie, kun je met pubers ook makkelijker praten over wat er in hun leven gaande is.

Wat als het al gebeurd is?

Ook dan blijft praten natuurlijk heel belangrijk. Ook op de langere termijn. Voor tips over hoe om te gaan met actueel seksueel misbruik, kijk bijvoorbeeld op ‘De 5 B’s voor als je kind seksueel misbruikt is.’

Wil je meer weten over seksueel misbruik en wat er allemaal bij komt kijken, ook op de langere termijn? Koop hier mijn boek!

Heeft een pedo recht van spreken?

Pedofielenclub ‘Martijn’ bij de wet verboden

De pedofielen club ‘Martijn’ bestaat niet meer. Opgeheven en ontbonden op last van de Hoge Raad. Iedereen heeft een mening.

  • Mensen die strategisch denken, vinden het een vergissing. ‘Je kunt pedofielen beter in het zicht houden,’ zeggen zij.
  • Mensen die denken in termen van ‘het recht van vereniging’ en ‘vrijheid van meningsuiting’ vinden het een gerechtelijke dwaling. Het bij de wet verbieden is volgens hen een te grote maatregel.
  • Ouders slaken collectief een zucht van verlichting. Volgens hen zijn hun kinderen nu een stukje veiliger.

Wordt het door dit verbod veiliger voor kinderen?

Tegenstanders van het verbod beweren dat, door het verbod, seksueel misbruik juist méér zal gaan voorkomen. Dat het beter is als ‘Martijn’ bestaat omdat je pedofielen dan in het zicht hebt. Deze redenering gaat mank op twee punten.

  1. Ten eerste zijn de leden van Martijn slechts een heel klein percentage van de pedo’s in Nederland. De meeste pedo’s doen het stiekem met kinderen op een manier die het daglicht niet kan verdragen.
  2. De tweede is ingewikkelder. Het idee er achter is dat lidmaatschap van ‘Martijn’ remmend zou werken op het daadwerkelijk plegen van seksueel misbruik. Dit blijkt niet het geval te zijn.

Integendeel, de uiteindelijke reden waarom de club verboden werd, is dat er tips uitgewisseld werden om ongemerkt seksueel misbruik te kunnen plegen.

Wordt het door het verbod veiliger voor kinderen? Zeker. Maar om kinderen meer veiligheid te kunnen bieden, is veel meer nodig dan het verbod van een pedofielenclub. Verreweg het meeste seksueel misbruik wordt namelijke helemaal niet gepleegd door pedofielen.

Leidt dit verbod tot meer seksueel misbruik?

Hoogleraar Jan Hendrix in RTL nieuws beweert van wel:

“Bij een aantal mensen (lees: pedofielen) leidt het verbod tot onvrede. De angst voor een heksenjacht, massademonstraties en de onrust die dit voor pedofielen met zich meebrengt, kunnen een basis zijn voor nieuw seksueel misbruik.”

Deze meneer heeft er voor geleerd zou je zeggen, maar toch heb ik moeite met zijn stelling. De basis voor (nieuw) seksueel misbruik is, volgens mij, toch echt meer gelegen in het feit dat pedofielen en pedoseksuelen kinderen als lustobjecten zien. De angst voor afkeuring en vervolging, wordt doorgaans eerder gezien als een remmende, preventieve factor. Daarop is ons strafrecht deels gebaseerd.

Het gevaar van geloven in eenvoudige oplossingen

Er is geen eenvoudige oplossing voor seksueel misbruik, anders hadden we die al lang gevonden. De beste oplossing is volgens mij een veelheid van maatregelen. Educatie, preventie, aandacht in de media, hulpverlening en kritisch kijken naar alle factoren die bijdragen aan de (on)veiligheid van kinderen.

Een aantal suggesties die kunnen helpen seksueel misbruik te voorkomen

Er zijn een aantal dingen die we kunnen doen die seksueel misbruik drastisch kunnen verminderen. Die we nú kunnen doen, waar geen wetswijzigingen voor nodig zijn. Waar we het rechtssysteem niet voor hoeven te veranderen.

  • Betere voorlichting over seksueel misbruik voor ouders, onderwijzend personeel en hulpverlening
  • Betere signalering en een goede follow-up, voorbij de meldcode.
  • De nieuwe generatie mannen (98% van het misbruik wordt gepleegd door mannen) opvoeden met respect voor de grenzen van vrouwen en kinderen, zodat zij geen pleger worden.
  • Praten in de media over seksueel misbruik. Over de werkelijkheid van seksueel misbruik, niet slechts de grote zaken maar juist ook incest en het ‘huis, tuin en keuken’ misbruik.
  • Praten over de lange termijn effecten van seksueel misbruik. Het mag duidelijk worden dat het geen uitzondering is dat mensen van in de 60 of 70 nog steeds worstelen met de lange termijn effecten van het seksueel misbruik uit hun vroege jeugd.

Er wordt in Nederland al heel hard gewerkt aan een aantal van deze dingen. Ken jij voorbeelden? Projecten die het verschil maken? Heb je ideeën over hoe het beter kan? Laat van je horen!

Keuzes maken in reguliere en alternatieve hulpverlening

Reguliere noch alternatieve hulpverlening heeft alle antwoorden

In het verschil maken staat het zwart op wit: mensen zeggen beter geholpen te worden in de alternatieve hulpverleningIn het boekje ‘Het verschil maken’ van Sonja Leferink van Slachtofferhulp Nederland staat het zwart op wit: Veel cliënten geven aan dat ze in de alternatieve hulpverlening de juiste hulp hebben gevonden voor het verwerken van hun verleden van seksueel misbruik. Dat is niet voor niets. Waar de reguliere hulpverlening gericht is op protocollen en vaststaande behandelmethoden schittert in de alternatieve hulpverlening juist de verscheidenheid. Gelukkig hoef je als cliënt niet het één of het ander te kiezen, maar kun je je eigen hulpverlening samenstellen uit het hele aanbod.

Waar de reguliere hulpverlening in uitblinkt

Het reguliere circuit heeft absoluut een aantal goede therapieën, die mensen kunnen helpen bij het verwerken van seksueel misbruik. Op dit moment worden EMDR en Traumatherapie echter naar voren geschoven als ‘de’ behandeling bij seksueel misbruik. De enige behandelingen waarvan men zegt dat ze ‘evidence based’ zijn. Er is voldoende onderzoek gepleegd, om te veronderstellen dat het bij veel cliënten beter werkt dan niks doen. Dat zegt nog niet of het voor jou goed zal werken.

Alleen traumaverwerking is niet voldoende

Natuurlijk is ‘niet onderzocht’ nog niet hetzelfde als ‘niet werkzaam’. Daarnaast gaat de reguliere hulpverlening vaak voorbij aan het feit dat traumaverwerking maar een relatief klein onderdeel is van wat je op te lossen hebt in je leven, als je seksueel misbruikt bent. Er is meestal veel meer aan de hand dan een complexe PTSS, wat op dit moment als diagnose in de mode is. Juist omdat seksueel misbruik leidt tot problemen in een breed scala aan levensvaardigheden, is een breed aanbod aan therapieën en methodes die kunnen helpen met het verwerken van die problemen noodzakelijk.

Waar de alternatieve hulpverlening in uitblinkt

De alternatieve hulpverlening blinkt uit in veelzijdigheid en klantgerichtheid. Het gaat hier om methodes die ook binnen de reguliere hulpverlening wel worden toegepast, meestal als deel-therapie, zoals Hypnotherapie, Creatieve therapie, Haptonomie of Lichaamswerk. Daarnaast zijn er methoden die meer uit de hoek van coaching komen, zoals NLP, Voice Dialogue of Transactionele Analyse. Wat verder van de reguliere hulpverlening af, staan zaken als Droomanalyse, The Work en de Helende reis. Zaken die in de wereld buiten de hulpverlening al opgenomen zijn in het dagelijks leven, maar binnen de hulpverlening (ten onrechte) nog niet veel voet aan de grond krijgen.

In de vrije ruimte aan de slag met cliënten

Gebonden zijn aan regeltjes is lastig en veel therapeuten zoeken, net als hun klanten, hun heil inmiddels elders. Inmiddels zijn er anderhalf miljoen ZZP-ers aan de slag in Nederland. Veel van hen zijn alternatieve hulpverleners. Therapeuten die vaak uit de reguliere zorg zijn gestapt, omdat ze daar te veel tijd kwijt waren aan verslaglegging, protocollen, formulieren en verantwoording. Therapeuten die liever meer tijd besteden aan de daadwerkelijke behandeling van cliënten. De reguliere manier van werken geeft de therapeut vaak onvoldoende ruimte voor creativiteit en klantgerichtheid.

Regulier of alternatief: Hoe weet je of je een goede therapeut hebt?

Of je nou in de reguliere of de alternatieve hulpverlening een therapeut vindt, er zijn dingen waar je op kunt letten. Zie de eerste ontmoeting als een wederzijdse intake.

  • Persoonlijkheid: Hoe komt de therapeut op je over?  Stelt de therapeut je op je gemak? Wat is je eerste indruk? Voel je je prettig bij deze persoon en deze ruimte?
  • Diploma’s: Welke diploma’s heeft de therapeut? Hoe veelzijdig of gespecialiseerd is hij of zij?
  • Reputatie: Hoe goed staat de therapeut aangeschreven? Heeft hij of zij goede referenties op de website? Google ook eens op je therapeut’s naam.
  • Ervaring: Vraag de therapeut of ze ervaring hebben met seksueel misbruik. Hebben ze vaak cliënten met misbruikervaringen? Welke resultaten heeft hij of zij?
  • Doel: Welk doel streeft de therapeut na met zijn of haar therapie? Klopt dit met jouw persoonlijke doel?

Bij al die punten gaat het er natuurlijk om waar jij belang aan hecht. Als je er van overtuigd bent dat je therapeut ‘klopt’ voor jou, dan kun je samen aan het werk. Heb je twijfels of denk je dat dit niet de juiste therapeut of benadering is voor jou, geef dat dan aan en vraag om doorverwijzing. Soms willen therapeuten dan dat je de therapie een kans geeft. Ga voor jezelf na of je daar heil in ziet. Als je denkt dat het niks gaat worden, houdt dan voet bij stuk en vraag om een andere therapeut of andere werkvorm. Jij bent de expert van je eigen trauma en jij mag bepalen hoe je daarvan heelt en wie jou daarbij van dienst kan zijn.

Zoek je een therapeut die kennis heeft van seksueel misbruik?

https://hulpverleningnaseksueelmisbruik.nl/

Recensie: ‘Het verschil maken’ van Sonja Leferink

Het verschil maken bij seksueel geweld en seksueel misbruik

Afgelopen zaterdag was de internationale dag van het slachtoffer en daarop vooruitlopend gaf slachtofferhulp op vrijdag 21-02-2014 een symposium met als titel ‘Het verschil maken’. Een titel die Sonja Leferink ontleende aan mijn lezing op het symposium ‘Diagnostiek en hulpverlening bij seksueel misbruik’ vorig jaar.

Boekje: ‘Het verschil maken’

Het verschil maken, boek van slachtofferhulp Nederland, Sonja Leferink

Aan het einde van de dag kregen we allemaal het boekje: ‘Het verschil maken’ mee naar huis. Het boekje is een verdieping van het symposium, waarin uitgebreid gesproken is met een aantal slachtoffers, ervaringsdeskundigen, vrijgevestigde therapeuten en met allerlei disciplines uit het ‘reguliere’ circuit. Een helder beeld van de stand van zaken op dit moment.

Maakt het boekje het verschil?

Het boekje maakt zijn titel deels waar. Het brengt duidelijk aan het licht waar de gaten in de huidige hulpverlening zitten en geeft ook een beeld van ontwikkelingen in de afgelopen jaren. Het roept op tot samenwerking tussen de hulpverlening en het justitiële circuit. Het legt de vinger op de zere plek waar het de rechtspraak betreft en de beperkingen die hierin gelden voor de slachtoffers. Het laat zien dat het grootste gat in de hulpverlening zit in de hulp aan volwassen overlevers van seksueel misbruik.

‘Het verschil maken’ vóór of mét slachtoffers

Het boekje spreekt over ‘samenwerken vóór slachtoffers’. Ik zou zelf liever spreken van samenwerking mét slachtoffers. De slachtoffers en ervaringsdeskundigen in het boek geven aan dat zij wensen dat er mét hen wordt samengewerkt. Een belangrijk verschil om te maken dus. De ondertitel van het boek had mijns inziens dus beter ‘samenwerken met slachtoffers van seksueel geweld en misbruik’ kunnen zijn.

Belang van lotgenotencontact

Het belang van lotgenotencontact wordt genoemd, maar het zou meer mogen worden uitgediept. Op dit moment speelt lotgenotencontact zich vooral in het vrijwilligerscircuit af. Judith Herman, een autoriteit op het gebied van seksueel misbruik, noemde het in haar lezing, via satelliet, één van de meest wezenlijke elementen van het verwerken van seksueel misbruik. Naar mijn mening moet lotgenotencontact echt uit de vrijwilligerssfeer. Het is tijd voor professioneel georganiseerde lotgenotencontacten, zoals bijvoorbeeld de Samen helen bijeenkomsten.

Bruggen bouwen tussen slachtoffers en hulpverlening

Het boek ‘Het verschil maken’ probeert een brug te bouwen tussen slachtoffers en hulpverlening. Het schetst een accuraat beeld van de stand van zaken: een versnipperd aanbod en weinig overzicht over wat de keuzemogelijkheden zijn voor slachtoffers. Wat slachtofferhulp wil is het stroomlijnen van de hulpverlening aan mensen met een verleden van seksueel misbruik, zodat zij op een goede manier kunnen doorverwijzen. En dat is een stap in de goede richting.

Wegwijzer in Traumaland

O nu al zicht te krijgen welke hulpverleners zich verdiept hebben in de langetermijneffecten van seksueel misbruik kijk op:

https://hulpverleningnaseksueelmisbruik.nl/