gedicht Lynelle

Waarschuwing

Dit gedicht van Lynelle is indringend geschreven. Het benoemt dingen en kan daardoor voor sommige lotgenoten triggeren. Zorg goed voor jezelf door een moment te kiezen om dit te lezen, waarop jij je sterk voelt.

 

 

 

 

Daar sta je weer ineens in mijn kamer.

Je raakt mij weer aan op plekken waar jij nooit had mogen komen.

Je doet dingen die je nooit had mogen doen.

Ik hoor je gehijg,

Ik voel mijn angst.

Ik ruik alle geuren. Mijn angstzweet, jouw lichaamsgeur.

Ik zie die lust weer in je zwarte ogen.

Mijn lichaam verkrampt, ik wil vluchten, maar ik kan geen kant op.

Vaak heb ik al tegen deze momenten gevochten.

Ik schreeuwde, huilde, schopte, beet en smeekte uiteindelijk zelfs.

Maar ik weet nu dat dit niet helpt.

Jij won uiteindelijk toch altijd.

Als ik me nu niet zal verzetten zal het zo over zijn.

Eindelijk…

Je bent klaar.

Je bedreigt me voor de zoveelste keer

met wat er allemaal gaat gebeuren als ik het vertel.

Dan loop je weg, alsof er niks gebeurd is.

Mijn angst, woede en verdriet zijn groot.

Ik ben blij dat dit moment over is.

Eén ding weet ik zeker, dat je me tenminste weer heel even met rust zal laten.

Want op dit moment ben je klaar…

Langzamerhand worden de geuren minder, maar mijn onbegrip groter.

Ik dacht ooit dat we normaal met elkaar konden omgaan, als twee mensen.

Tranen lopen over mijn wangen.

Maar dan word ik wakker, huilend, trillend van angst.

Ik zie dat ik veilig ben.

Jij bent er niet, tenminste niet hier, maar nog wel in mijn herinneringen.

Gastblog Jessica – Ooit ben je van mij

Heden

donker roze bloesem, foto van Agnes van der Graaf“Ooit houd ik je vast en ben je van mij.” Ik zeg het zachtjes hardop, om de woorden te proeven. Het voelt als een onwerkelijke zin die niets met mij te maken heeft. Een regel uit een boek dat ik nooit zal lezen, omdat het onderwerp me niet aanspreekt. Een zin die ik tegenkom op tv tijdens het zappen. Of een uitspraak die ik per ongeluk opvang uit een gesprek van anderen. Maar zo was het niet, helaas. De angst is aan het wegslijten, maar nog steeds niet helemaal verdwenen.

Drie en een half jaar geleden

“Ik spring wel een keer voor de trein” was het laatste wat ik van hem hoorde, maar ik denk niet dat hij dat heeft gedaan. De dreigingen hebben hun geloofwaardigheid verloren. Ik zie nu pas echt hoe hij is en dat ik hem niet kan helpen. Op straat voel ik me niet meer veilig. Ik ben alert en om de vijf seconden kijk ik schichtig om me heen, om er zeker van te zijn dat hij me niet achtervolgt. Bij elke hoek wordt mijn hartslag nog hoger dan hij al was. Ik ben bang. Wat als hij zijn belofte nakomt en wat als ik dan niets durf te doen. Wat als….

Vier jaar geleden

“Ik wil je graag zien, bij je zijn en je vasthouden.” Ik kijk op mijn telefoon, naar het bericht van hem. Nog voordat ik het helemaal heb kunnen lezen komt er al een ander binnen. Weer van hem. Van de inhoud schrik ik niet meer, ik raak eraan gewend. De zoveelste zelfmoorddreiging. Mijn schuld, herhaalt het zich in mijn hoofd. Mijn schuld. Met trillende vingers begin ik aan een reactie, omdat het voelt alsof ik geen keuze of eigen wil meer heb. Ik moet op zijn minst proberen hem te helpen, dat ben ik hem verschuldigd.

Vier en een half jaar geleden

“Jij depressief? Stel je niet zo aan.” Het is duidelijk te merken dat ons contact is veranderd. Van het zorgzame, begripvolle en geïnteresseerde is niets meer over. Hij is hard en eist al mijn vrije tijd op. Het enige wat nog belangrijk is in ons contact is hij, hem en hemzelf. Ik voel me stom, omdat ik hem kwetsbare dingen heb verteld toen het nog wel goed zat. Op internet heb ik naar hem gezocht en daar kwamen geen goede dingen uit. Ik weet niet of ik hem nog wel kan vertrouwen, maar misschien zie ik dingen die er niet zijn. Hij deed zo aardig. Dat gedeelte van hem kan toch niet opeens verdwenen zijn?

Vijf jaar geleden

Hij is aardig, lief, zorgzaam, begripvol en geïnteresseerd in mij. Ik denk dat ik hem leuk vind en dat het wederzijds is. Over het algemeen heb ik moeite met vertrouwen, maar bij hem is het anders. Hij is anders dan de rest. Weliswaar heeft hij problemen, maar die heb ik ook. Daar komen we vast wel uit. “Ooit hou ik je vast en ben je van mij” geeft me een warm gevoel, omdat het zijn woorden zijn. Ik weet nog niet dat ik die zin vaker zal horen en dat het me later zoveel angst aan zal jagen.

Meer verhalen van Jessica vind je op: Uit het donker

Gastblog Marjolein: Het zwijgen doorbreken

Ik houd mijn mond stijf dicht

Vaste blogger, MarjoleinIn mijn middelbare schooltijd blokkeer ik op alles wat er aan nieuws over seksueel misbruik voorbij komt. Ik spreek niet over het onderwerp. Ik durf het gewoonweg niet. Mijn toenmalige vriendje vraagt wél wat er aan de hand is, omdat ik hem op de intieme momenten onophoudelijk afwijs, maar ook tegenover hem zwijg ik. Via zijn broer komt de vraag bij mijn zus terecht. Zij vraagt letterlijk of mijn broer mij seksueel heeft misbruikt. Ik ontken want het is te pijnlijk. Ik vertrouw haar niet.

Mijn zusje verbreekt het zwijgen

Uiteindelijk komt het verhaal niet eens uit mezelf naar buiten. Het was niet mijn keuze, maar die van mijn zusje. Zij komt in de problemen, moet naar instellingen (gesloten/open) en krijgt allemaal stempels op haar voorhoofd geplakt van wat er met haar aan de hand is. Zij vertelt over haar veel te vroege seksuele ervaringen, maar ook over die van mij. Mijn familie verwijt me dat ik nooit iets heb gezegd. En ik? Ik breek mezelf nog een beetje meer af.

Angst en schuldgevoel als raadgevers

Angst en schuldgevoelens worden mijn raadgever. Hoe slecht ook, zij zijn bekend voor mij. En nu nog zijn angst en schuldgevoelens daar waar ik ze niet wil hebben. Angst omarmt me met een dikke mistige deken van vaagheid en onzekerheid. Schuldgevoelens dwingen mij om altijd anderen centraal te stellen. Ik mis innerlijke helderheid, moed, zachtheid en mezelf. Ik creëer afstand tot mezelf en maak keuzes, die voor mij net niet of helemaal niet goed uitpakken.

Ontrouw aan mezelf

Het ‘niet dicht bij mezelf blijven’ gebeurt vooral in werksituaties. Daar waar ik het gevoel heb continue en onophoudelijk te moeten presteren. Waar geen ruimte is voor het maken van fouten. In ieder geval, dat verhaal zit in mijn hoofd gebakken en verankerd in mijn hart. Het gebeurt ook in het aangaan en behouden van relaties. Daar ben ik vaak ook niet mezelf, uit angst te verliezen.

In het oog van de storm

Het is echter niet zo dat ik verloren ben. Ik ben bezig met helen, bezig met acceptatie en het zijn in het nu. Bezig mezelf vragen te stellen te midden van stormen. Bezig om de stilte te zoeken, te onderzoeken en mezelf te vinden.

Het zwijgen doorbreken

In deze blog schrijf ik angst en schuldgevoelens van mij af. Het voelt nog heel egoïstisch en het roept enorm veel angst op. Toch stap ik door op die weg. De weg waar ik mijn vrijheid terugvind.

Marja: De verkrachtingen, daar raak je aan gewend

Marja logoWat heeft het meeste indruk op mij gemaakt in mijn leven?

B. en P., twee studenten van de opleiding verpleegkunde B, doen hun afstudeerproject over seksueel misbruik en zij vragen mij of ze mij mogen interviewen voor een presentatie op school. Dat wil ik wel, dus komen ze bij mij thuis.

Spannend om mijn verhaal te vertellen

Ik vind het best spannend om mijn verhaal te vertellen. Het zijn ook nog eens twee mannen, wat het niet gemakkelijker maakt. Toch lukt het me goed om mijn verhaal te vertellen. B. en P. zijn duidelijk onder de indruk en ze stellen mij een vraag waar mijn hart wel even van overslaat: ‘Wil je jouw verhaal bij ons op school vertellen?’ Oeps, die vraag had ik niet verwacht. Ik moet toch even nadenken voor ik daar ja op zeg.

Waarom vind ik dat zo moeilijk?

Waarom dat zo moeilijk voor me is, daar is maar één antwoord op. Dat komt door de vernedering die ik vroeger heb gevoeld. En hoe raar het misschien ook klinkt, dat komt niet door de verkrachtingen telkens weer. Dat komt door het ‘bekeken worden’. Dit verdient natuurlijk nadere uitleg.

Toppunt van vernedering

Ik ben 14 jaar en mijn broer “vraagt” me om in de douche te gaan. Begrijp me goed, die vraag is een bevel en ik ben zo bang dat ik dat bevel opvolg. De eerste keer snap ik niet wat ik in de douche moet gaan doen. Hij zegt: ‘Je moet gaan liggen en je kleren uit doen’ en uit angst doe ik die dingen. Dan hoor ik boven me op zolder voetstappen. In de douche zijn twee grote ronde gaten, om te ontluchten, en die komen op de zolder uit. Ik hoor gehijg, zwaar ademen. Ik besef ineens: hij is zichzelf aan het aftrekken! Dat voelt zo vies, mijn maag draait er nu nog van om. Ik voel me vernederd en zó bekeken.

De verkrachtingen daar raak je aan gewend

De verkrachtingen bijna elke dag, daar kan ik mezelf voor afsluiten. Ik trek me dan in mezelf terug, zodat ik er niet ben, maar hierbij lukt me dat niet. Achteraf besef ik dat ik die geluiden al vaker gehoord had, al heb ik er nooit bij stil gestaan wat dat geluid was. Ik stopte al regelmatig handdoeken in de ontluchtingsgaten, omdat ik me bekeken voelde en het niet goed voelde. Mijn gevoel klopt dus en vanaf die dag voel ik me echt nergens veilig meer. Een deur op slot biedt onvoldoende bescherming.

Ik verdwijn uit het zicht

Ik denk dat iedereen zich wel in enige mate bekeken voelt, als je langs een terrasje of iets dergelijks loopt. Bij mij neemt het extreme vormen aan. Ik wil onzichtbaar worden. Ik ga niet meer zwemmen met mijn vriendinnen. Ik haat de zomer, want ik wil zoveel mogelijk kleren aan hebben. Ik wil niet meer praten, want dan zien ze mij. Ik vind het verschrikkelijk om buiten mijn eigen vriendenkring contacten te leggen. Feesten zijn een ramp. Later, als ik ga werken zijn vergaderingen erg moeilijk. Ik raak elke keer in paniek en loop ook regelmatig weg uit een vergadering. Nog een geluk dat er in die tijd niet zoveel werd vergaderd als tegenwoordig.

Angst voor grote groepen

Als ik alleen ben, ken ik weinig angst, maar ik ben nog steeds bang van mensen in grote groepen. Ik maak ook moeilijk contact met mensen in zo’n situatie en voel alle ogen op me. Ik ga vaak zo zitten dat ik snel kan weglopen, de uitgang heb en houd ik altijd in de gaten. Ik voel me snel opgesloten.

Toch zeg ik ja!

Ik zeg ja! tegen B en P. Het is tijd om deze uitdaging aan te gaan. Het is een grote overwinning voor mij, dat ik voor een groep studenten durf te staan en daar mijn verhaal vertel. Ik vind het doodeng maar ik doe het! Want het is belangrijk dat mijn verhaal verteld wordt.

Een bijzondere ervaring

Dit is een heel bijzondere ervaring voor me. Ik voel me gehoord in een groep. Ik voel: ‘IK heb iets te vertellen! IK die mezelf nooit belangrijk vond.’ Dat is een heel fijn en trots gevoel!